Tieners & social media: hoe wisselen ze informatie uit?
Leerlingen gebruiken sociale media op grote schaal om te leren voor school en voor hun hobby’s. Ze geven elkaar tips over YouTube-filmpjes van docenten die beter kunnen uitleggen dan hun eigen leraar of ze geven elkaar advies. Ook ondersteunen ze elkaar actief bij het maken van huiswerk door het gebruik van bijvoorbeeld Whatsapp.
Uitwisselen van kennis deden leerlingen voor de komst van sociale media ook al, maar met het gebruik van sociale media als Twitter, Whatsapp en Facebook is de informatie-uitwisseling een stuk gemakkelijker en ‘rijker’ geworden.
Dit alles blijkt uit het onderzoek ‘Samen leren – Tieners en sociale media’ van stichting Mijn Kind Online en stichting Kennisnet. Het onderzoek is gehouden onder 1500 scholieren tussen 10 en 18 jaar in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs.
Best kritisch en bewust
Naast heel veel cijfermatige gegevens over de beschikbaarheid en het gebruik van wifi, digitale apparaten en leermiddelen, levert het onderzoek een schat aan inzichten, leuke citaten van leerlingen en leraren op over het gebruik van sociale media in de school. Wat vooral opvalt, is dat leerlingen heel goed in de gaten hebben welke beperkingen en mogelijkheden de verschillende sociale media met zich meebrengen.
Het onderzoek concentreert zich op leren met sociale media en onderscheidt daarbij drie toepassingen: leren over je hobby, oriëntatie op je toekomst en leren op school. Vooral het laatste onderwerp wil ik verder belichten.
Over het leren in de hobbysfeer worden leuke voorbeelden aangehaald van jongeren die voor werkelijk alles wat je kunt verzinnen instructiefilmpjes op YouTube vinden.
Bram (17 jaar): “Ik kijk op YouTube filmpjes van Victor Wood dat is een bassist en die zet dan ritmegevoel oefeningetjes online, hij heeft wel sessies van 2 uur lang gehad. Stukjes daarvan kun je kijken en proberen of je het mee kunt spelen.”
Vanzelfsprekendheid
Het volgende deel van het onderzoek gaat over sociale media en het leren voor school. Nog steeds zijn veel leraren stomverbaasd als ze horen dat bijna al hun leerlingen een account hebben op Wrts, een simpel overhoorprogramma, waarmee leerlingen de woordjes uit hun schoolboeken kunnen stampen.
Woordjes leren
De onbekendheid van leraren met dit programma is tekenend voor de stille vanzelfsprekendheid waarmee deze apps en toepassingen hun weg vinden onder leerlingen en een enorme spreiding bereiken. Even woordjes leren in de bus naar school, met een app waarmee je je eigen score kunt verbeteren. Zo gaat het met de meeste sociale media.
Leerlingen blijken elkaar actief te ondersteunen bij het maken van huiswerk. Dat deden ze voorheen natuurlijk ook al maar het is wel een stuk gemakkelijker en ‘rijker’ geworden door het gebruik van sociale media. Ze kunnen nu bijvoorbeeld – vanuit huis – samenwerken aan werkstukken en gefotografeerde aantekeningen rondsturen met WhatsApp. Het onderzoek laat overigens zien dat dat intensiever gebeurt naarmate het onderwijsniveau hoger is.
Kritisch
Maar jongeren zijn heus niet alleen maar positief over de inzet van sociale media in de klas. Ze kijken er kritisch naar. Het zijn vooral de afwisseling en het gemak die sociale media kunnen bieden, die gewaardeerd wordt. Uit het onderzoek komt geen echte tegenstelling tussen de negatieve en positieve kanten van sociale media naar voren. Het gaat meer om dimensies:
- sociale media vergemakkelijken het kletsen met je vrienden, maar dat leidt soms ook af;
- sociale media kunnen de les leuker maken, maar de leraar moet nog wel blijven uitleggen;
- jongeren prefereren nog steeds face-to-face-contact, maar soms helpen sociale media als je verlegen bent.
Leerlingen hebben er begrip voor dat telefoontjes uit de les geweerd worden. Sociale media zijn geen absolute voorwaarde voor geslaagde kennisoverdracht, zo blijkt uit het onderzoek. Of een docent sociale media gebruikt, vinden leerlingen helemaal niet zo belangrijk: slechts 13% vindt dat belangrijk. Veel belangrijker vinden ze dat een leraar goed kan uitleggen (84%). En is dit niet het geval dan is het toch logisch dat je de makkelijke uitleg van een andere leraar op YouTube gebruikt?
Traditioneel
Het is grappig om te zien dat leerlingen volstrekt traditioneel zijn in hun verwachtingen van de leraar. Goed uitleggen en orde houden, daar gaat het om. Dat is logisch, want leerlingen kennen alleen maar het onderwijs zoals ze dat altijd hebben ontvangen. Er wordt gesproken van een voorkeur voor boeken en papier, maar hoe vaak zijn ze in aanraking gekomen met goed uitgevoerde andere onderwijsvormen? Net zo gemakkelijk ontdekken leerlingen echter de gemakken van nieuwe communicatiemiddelen waarbij ze, als water dat naar de zee stroomt, hun eigen onderwijstoepassingen ontdekken.
Vier in Balansmonitor
Hiermee sluit het onderzoek mooi aan bij een van de conclusies uit de door Kennisnet recent gepubliceerde Vier in Balansmonitor 2013. Bij elke onderwijsvorm kan ict ondersteuning bieden, maar niet elke ict-toepassing is voor iedere onderwijsvorm geschikt. Waarom zou je leerlingen intensief met sociale media laten werken als je onderwijs gericht is op kennisoverdracht en je toetsing gebaseerd is op reproductie van het geleerde? Veel sociale media komen goed van pas in onderwijssituaties waarbij leerlingen moeten onderzoeken, communiceren en produceren. Leraren die hier veel waarde aan hechten, kunnen hun hart ophalen bij de vele beschikbare sociale media. Er is zeker nog veel te winnen voor leraren die hun leerlingen meer willen activeren. Het onderwijs kan er baat bij hebben.
Mediawijs
Leerlingen hebben haarscherp door of het gebruik van een telefoon en of het toepassen van Twitter of Facebook voor onderwijsdoeleinden nuttig is. In de interviews tonen de leerlingen zich realistisch. Het feit dat leerlingen de waarde van sociale media kunnen ‘wegen’, betekent dat ze mediawijzer zijn dan menigeen voor mogelijk had gehouden.
De belangrijkste resultaten op een rij:
- 85% van de ondervraagde 10 t/m 17-jarigen zoekt extra informatie over de leerstof op Google.
- 61% van de jongeren zoekt extra informatie over de leerstof op YouTube.
- Bijna driekwart (73%) van de jongeren gebruikt internet om oefentoetsen te doen en ruim tweederde (68%) gebruikt internet om zichzelf te overhoren.
- 60% van de ondervraagde tieners gebruikt sociale media om elkaar vragen te stellen over huiswerk of leerstof en 48% maakt en stuurt foto’s van aantekeningen of samenvattingen naar elkaar.
- 11% heeft zelf wel eens een video gemaakt waarin hij of zij iets laat zien of uitlegt zodat iemand anders daarvan kan leren. Bijna driekwart van deze groep heeft deze video ook online gedeeld.
- Van de ondervraagde 10 t/m 17-jarigen zegt 20% zijn mobiele telefoon wel eens in de les te mogen gebruiken (om bijvoorbeeld iets op te zoeken, de agenda gebruiken telt hier niet mee).
- Driekwart van de tieners zou meer gebruik van sociale media in de les leuk vinden en een kwart wil dat liever niet.
- Een derde van de ondervraagde 10 t/m 17-jarigen is het eens met de stelling: “Soms zet ik mijn telefoon uit, omdat ik rust wil of omdat ik mijn huiswerk moet maken.”
- Bijna een kwart is het eens met de stelling: “Soms kan ik lastig slapen omdat er steeds nieuwe berichtjes binnenkomen die ik dan wil lezen.”
- Dat een leraar sociale media gebruiken vindt maar 13% van de jongeren belangrijk. Het belangrijkst is dat een leraar goed kan uitleggen (84%).
- Voor het merendeel (driekwart) van de respondenten is face-to-face-contact nog steeds de favoriete manier om te communiceren.
Sociale media op school
Tegelijk met dit onderzoek verschijnt de brochure Sociale media op school. Veel scholen willen sociale media best inzetten, maar weten niet hoe. De brochure geeft inspiratie, praktische voorbeelden en tips over sociale media in de les en in de communicatie met ouders en leerlingen.