Geen ‘one hit wonder’: de innovatiedrang van Vacu Vin

Het bedrijf is misschien bekend van haar meest bekende product, de Vacu Vin. Meer dan 20 jaar geleden ontwikkeld door uitvinder Bernd Schneider om wijn langer goed te houden. Iedere Nederlander heeft er denk ik wel eentje gehad. Maar hoe zorg je dat je bedrijf na het succes van je eerste product doorgaat?

De focus van Vacu Vin ligt op producten die je laten genieten van eten en drinken. Natuurlijk wordt de Wine Saver (voorheen Vacu Vin) nog steeds gemaakt en is deze ook verbeterd. Zo hoor je nu een klik wanneer de fles voldoende vacuüm is getrokken.

Maar zoals gezegd, Vacu Vin is geen one hit wonder. In de loop der jaren heeft Vacu Vin het innovatieproces verbeterd en het bijna tot een fabrieksmatig proces gemaakt dat ieder jaar veel nieuwe producten introduceert.

IIC

Het merk Vacu Vin is sinds 2009 een merk geworden van International Innovation Company (IIC). Het hoofdkantoor, gevestigd in Delfgauw, heeft naast een centraal magazijn van waaruit zij wereldwijd distribueren, ook een sociale werkplaats. Het bijzondere aan het bedrijf is dat gebruik wordt gemaakt van zoveel mogelijk Nederlandse producten en diensten.

Binnen de sociale werkplaats werken 150 mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Activiteiten die worden uitgevoerd variëren van het assembleren van eenvoudige producten tot het verpakken en checken van Vacu Vin-producten. Het werken met medewerkers binnen een sociale werkplaats geeft een andere dynamiek. Het tempo ligt lager en wanneer ik met Stephan door het bedrijf loop, wordt er driftig gezwaaid en “hoi!” geroepen.

Ook veel kunststof onderdelen worden in Nederland gefabriceerd en in Delfgauw in elkaar gezet om vervolgens de hele wereld over te gaan.

Het gebouw staat er pas een jaar of vier en de gangen zijn breed en licht. Het is eigenlijk een visualisatie van de transparantie die Marketing Manager Stephan Schneider (ja, de zoon van Bernd) voorstaat.

Patenten en kopieën

Een kamer staat vol met kopieën van de producten van IIC. Soms lijken ze er sterk op qua uiterlijk, soms qua verpakking en soms zelfs beide waardoor het voor een consument moeilijk is om te zien of dit echt of namaak is. In heel veel gevallen zijn de producten nagemaakt en dat is erg moeilijk te bestrijden. Ten eerste moet je ze tegen komen, maar gelukkig zijn de retailers die de Vacu Vin-producten verkopen daar wel scherp op. Ten tweede moet je dan ook nog de leverancier aanpakken. Een kleine zoektocht op Alibaba levert zo’n voorbeeld op, naam, product en verpakking lijken sprekend op Vacu Vin, maar is dit origineel? In dit geval blijkt uit navraag bij Stephan Schneider dat het hierbij om een schaamteloze kopie gaat die de naam en verpakking heeft gebruikt.

Naast het verlies in omzet, leveren inferieure producten ook een slechte naam en slechte reviews op. Omdat in sommige gevallen voor de consument het verschil niet zichtbaar is, krijgt IIC nog wel eens een mailtje van een consument dat die zwarte vacuümstops niet goed werken. In dit geval is het simpel: Vacu Vin maakt namelijk geen zwarte vacuümstops! Maar toch, de consument gooit het weg en denkt: “wat een rommel”. Dat klopt wel, maar het is geen product van Vacu Vin.

Trollen

Dat is ook een van de uitdagingen die het bedrijf heeft, waar ga je wel en niet achteraan? Het kan jaren duren voordat je je gelijk krijgt en dan is het nog maar de vraag of er iets te halen valt. Ook heb je patenttrollen: bedrijven die met een aantal opgekochte patenten bedrijven voor de rechter slepen wegens schending van het patent. Een dergelijke zaak kan jaren duren en veel bedrijven met name in de VS kiezen eieren voor hun geld en schikken, ook al heeft de rechtszaak weinig kans. Dit is een doorn in het oog van Obama die ook actie er tegen onderneemt.

In eigen hand

IIC doet veel zelf. Ze hebben ontwerpers in dienst en ook een eigen ‘werkplaats/laboratorium’ waar prototypes kunnen worden gemaakt. Ook doet IIC zelf de fotografie van haar producten, een van de ruimtes is ingericht als fotostudio. Dit is ook de reden om heel veel zaken in huis te hebben, vanwege de grote stroom van nieuwe producten van het bedrijf.

Het beste idee van Nederland

Je kent ze misschien ook van Het Beste Idee van Nederland, een tv-programma wat uitgezonden wordt door SBS6 (presentatie Jochem van Gelder en Britt Decker) en waarbij mensen die een goed idee hebben dit mogen presenteren aan de jury waar onder andere ook Bernd Schneider in zit. Het Beste Idee van Nederland is ontstaan om mensen een platform te geven waarmee ze hun eigen idee kunnen presenteren. Veel uitvinders hebben het idee dat hun idee het beste is wat er ooit bedacht is en kunnen zelfs enigszins blind zijn voor dingen die niet goed zijn of beter kunnen.

In het verleden zijn uit het programma al diverse producten daadwerkelijk in de schappen van de winkels terecht gekomen, zoals bijvoorbeeld Knuffel je Speen bij Prénatal. Van de acht finalisten die dit jaar meededen aan Het Beste Idee van Nederland zijn er vijf die daadwerkelijk tot een product zullen worden uitgewerkt en waarmee IIC nu bezig is de ondernemers te helpen om de markt te gaan benaderen.

Je kunt het moeilijk alleen

Het is namelijk ook een stuk ongelijkheid die een uitvinder vaak tegenkomt wanneer hij met een grootwinkelbedrijf of andere afnemer om tafel zit: hij of zij aan de ene kant van de tafel en aan de andere kant een aantal mensen van het bedrijf die vaker met dit bijltje hebben gehakt. En niet iedereen heeft de contacten om zomaar een Blokker, Albert Heijn of een andere retailer te benaderen.

Producten range

Naast de producten die onder eigen naam worden gemaakt, zijn er ook producten die voor anderen gemaakt zijn. Dit zijn bijvoorbeeld het meeneembakje voor de Tommies snoeptomaatjes en voor Albert Heijn en het door het Voedingscentrum ontwikkelde Eetmaatje die hoeveelheden van levensmiddelen (bijvoorbeeld rijst) kan afmeten.

Als je naar de prijsstelling kijkt van de producten, dan zitten die tussen de 2 euro en de 45 euro. Niet te duur, maar ook niet zo goedkoop dat er geen hoogwaardig product voor te maken is. Je vindt de producten o.a. bij de betere kookwinkels, warenhuizen en ook online.

Wat Schneider jammer vindt, is dat de retail in sommige gevallen behoudend is. “Wij introduceren veel nieuwe producten per jaar, ik zou graag zien dat onze retailers een hoekje zouden inrichten voor onze nieuwe producten. Dat is goed voor ons en goed voor hen, omdat klanten regelmatig iets nieuws in hun winkels zien.”

Online moet je er ook zijn

Maar het is niet alleen de ‘traditionele’ verkoop via winkels ook online is een belangrijk kanaal. Ze doen dat via hun eigen site en via de bekende e-tailers. In Nederland zijn dat bijvoorbeeld via Bol.com en Fonq.nl, en wereldwijd Amazon.com.

Social media

Ook op het gebied van social media is Vacu Vin actief. Er is natuurlijk een Facebook-pagina (met meer dan 8000 likes). Het doel is om interactie te bewerkstelligen en de klant te informeren over ontwikkelingen omtrent ons merk en de producten die daaruit voortvloeien.

Maar ook YouTube is voor hen belangrijk om hun producten onder de aandacht te brengen en tevens te laten zien hoe deze werken. Hoewel ze streven naar producten die makkelijk te gebruiken zijn, is het toch handig om van ieder product een video te maken. Zakelijk gezien wordt LinkedIn gebruikt voor de B2B-communicatie. In dit geval niet vanuit Vacu Vin, maar vanuit IIC. De communicatie is dan minder specifiek productgericht, maar meer over het bedrijf en wat ze kunnen betekenen.

Perfecte exposure

Om te zorgen dat de producten op de juiste manier online gepresenteerd worden voor e-tailers (en eigenlijk ook retailers) levert IIC alles kant en klaar aan voor de retailer. Een goede productbeschrijving, foto’s en video (hoe te gebruiken) zijn essentieel om de producten online te profileren en te verkopen. Dit gaat zover dat IIC regelmatig kijkt of alles nog up-to-date is. Eigenlijk is dat logisch, je wilt dat je producten optimaal gepresenteerd worden: in een winkel en online.

Daarbij maakt het niet uit of het hun eigen site is of die van e-tailers die Vacu Vin verkopen. IIC regelt alles op het gebied van teksten, eigenschappen, fotografie. Ook checken zij regelmatig of de e-tailers dit up-to-date houden. Er gaat niets boven perfecte exposure!

Foto intro met dank aan Fotolia.