Social media op universiteiten: “Docent, laat je gezicht zien!”
Tijdens de meeting van Social Media Club Amsterdam sprak Prof. Dr. Wolter Mooi (Department of Pathology VUMC) over de toepassing van sociale media in het wetenschappelijk onderwijs. Dit was dus een speech waar ik écht op zat te wachten. Mooi doceert in het Bachelortraject van de faculteit Geneeskunde. Sinds de zomer van 2010 maakt hij gebruik van Facebook. Aanvankelijk uit nieuwsgierigheid, maar al snel merkte hij dat het platform een mooie aanvulling is op zijn communicatie met studenten.
Ervaringen delen: verrijking van communicatie
Mooi: “Ik koos ervoor me als mens te presenteren en te kijken hoe studenten daarop zouden reageren. Ik begon met het posten van inspirerende afbeeldingen met onderschriften, maar al snel merkte ik dat studenten open stonden voor conversatie. Zo publiceerde ik ooit een foto van een hartverscheurend tragische situatie in een Afrikaanse bevallingskliniek. Ik kreeg bijzondere reacties van studenten op de door mij gepubliceerde foto. Eén student begon met ‘ik heb daar gewerkt!’, met een uitgebreide verhandeling over de achtergrond van de situatie daar. Een andere student kwam zelfs oorspronkelijk uit het dorp waar de foto was genomen en was juist in Nederland gaan studeren zodat ze een bijdrage in eigen land kon doen na afstuderen.”
De docent adviseert zijn studenten via zijn Facebookpagina ook ‘een ambitieuze slak’ te zijn. “Geneeskunde studeren, arts worden is bikkelen. Een lange adem hebben. Iedere keer een stukje verder. Tijd nemen om over stappen na te denken. En de manier waarop je contact kunt leggen tussen docent en studenten via Facebook is zo bijzonder. Het levert iets op en het is op andere manieren bijna niet te bereiken. En ja, ik deel ook vakantiefoto’s hier en daar.”
Oplaaiende gevoelstemperatuur
Mooi: “Op Facebook deel ik net iets meer informatie dan alleen collegestof. Ik leg contact en ben meer zichtbaar dan alleen als ‘docent voor een collegezaal’. Daardoor kan soms de gevoelstemperatuur oplopen. Soms omdat iemand misschien boos wordt… maar ja, ook anderszins.” Het fenomeen ‘student krijgt een zwak voor docent’ is dus niet alleen bekend van filmfiguur Indiana Jones. Ook de heer Mooi heeft het wel eens meegemaakt. “Het is me wel eens overkomen dat bij iemand de gevoelstemperatuur hoog op was gelopen. Ik ben duidelijk in waar die grens ligt: ‘tot hier en niet verder’. Het ergste dat kan gebeuren is dat iemand een blauwtje loopt. Maar we zijn allemaal volwassenen, daar moet je goed en waardig mee kunnen omgaan richting degene in kwestie.”
Facebook, e-learning, YouTube
Deze, in meerdere opzichten sociale docent, beperkt de integratie van sociale media niet tot Facebook. E-learning (in een besloten platform op basis van Master Pro via MedischOnderwijs.nl) behoort ook tot het online arsenaal, inclusief training van leerstof. Ook colleges via YouTube vormen een deel van zijn online sociale engagement. De video’s behandelen vrij taaie stof, waar ik als leek volstrekt geen verstand van heb, maar het maakt het ineens erg boeiend! Ook studenten reageren hier dan ook enthousiast op.
Mooi: “Ook tijdens hun wintersportvakantie kunnen ze een les volgen. Ze kunnen in principe leren waar en wanneer zij willen. Dat is echt van toegevoegde waarde. Het is ook fijn dat ze af en toe op ‘pauze’ kunnen klikken en de stof nader kunnen onderzoeken. Ik neem de video’s op met een niet te dure camera en aparte microfoon. Dat werkt prima, de kwaliteit is gewoon goed.” Toch is de heer Mooi niet geheel ongevoelig voor de kijkcijfers: “Ik zie YouTube eigenlijk als groot theater. Je wilt je studenten ‘vangen’, ze meenemen in de stof, het laten leven. Andere docenten kijken overigens ook naar mijn video’s. Het populariteitstellertje telt bij mij dan toch eerlijk gezegd toch ook wel een beetje.” Verwacht geen VPRO-doc, maar toch vind ik het boeiend.
In real life en online doceren op maat
“Als je dit wilt doen, moet je de situatie van kennisoverdracht op maat brengen, via video of in real life. Bijvoorbeeld met prachtige anekdotes die zich goed lenen voor het upspicen van colleges.” Google Docs gebruikt Mooi sinds de zomer. Hij verwacht van studenten dat ze niet alleen video’s kijken en vragen beantwoorden, maar ook dat ze in staat zijn tot het schrijven van een stevig stuk tekst. Ze delen de stukken dan online en werken er samen online aan. “Maar van het schrijven van lange stukken in Google Docs, worden studenten toch echt minder blij.”
Aandachtspunten
“Ik heb gemerkt dat er wel wat aandachtspunten zijn voor studenten om echt rekening mee te houden bij het gebruik van Facebook”, vertelt de bevlogen docent. Op een rijtje:
- Studenten zetten soms dingen op hun Facebookprofiel, waar ze later last van krijgen. Als iemand bijvoorbeeld na een rotdag ‘ik heb alleen maar billen gewassen en niks geleerd!’ zegt, kan dat nare consequenties hebben. Het creëert ruis op de lijnen er kunnen ernstige klachten van komen.
- Studenten posten soms dingen die niet handig zijn als ze op zoek zijn naar een baan. Vult u deze zelf maar in.
- Zoals eerder gezegd: de gevoelstemperatuur kan op Facebook oplaaien, dat zie je eerst niet van een afstand. Daar moet je mee kunnen omgaan.
Er wordt overal veel geschreven en gepraat over het opstellen van richtlijnen over sociale media. Mooi: “Ik zie ze overal. Ik heb in Ad Valvas (onafhankelijk weekblad van VUMC, JvdB) tips hierover gegeven. Men moet niet teveel regels vastleggen, dat kan de bereidheid tot delen ernstig verstoren. Maar enig verstand is natuurlijk wel geboden.”
Vrijheid, blijheid
Over de vraag hoe medisch personeel online gaat samenwerken is hij duidelijk: “Ik ben vrijer, omdat ik docent ben en niet een afhankelijkheidssituatie heb met patiënten. Voorzichtigheid is geboden bij arts-patiëntenrelaties. Het kan goed, maar je moet het goed voorbereiden. Voor patiëntenverenigingen is het nuttig.” Ook collega’s van de professor zijn wel op Facebook, “Maar ik ga niet als ambassadeur rond. Wat mij betreft is het vrijheid, blijheid. Als mensen genoeg van me hebben op Facebook, vind ik dat prima. Dan zou ik maar ineens vijf vrienden hebben in plaats van 1060. Maar dan kén ik ze wél goed! Ik besteed er een kwartier per dag aan. Dat is dan wel om half zes ’s ochtends, ik heb het erg druk.” En ja, hij twittert ook.
Wat een heerlijk verfrissend verhaal vond ik de bijdrage van Prof. Dr. Mooi. Hier word ik nu blij van. My two cents: Laat dit een inspiratie zijn voor meer docenten op allerlei faculteiten. Het fijne is dat deze manier van doceren zoveel meer aansluit bij de belevingswereld van studenten. Ik ben sowieso a firm believer in blended learning. Online leren in combinatie met real life bijeenkomsten, is uitermate krachtig.